Je hebt het waarschijnlijk al wel eens gehoord: het gaat niet zo goed met onze bijen. En dan gaat het niet enkel over de honingbijen, maar ook (en misschien wel vooral) over onze wilde bijen. Maar wie zijn die wilde bijen en wat is het verschil met een honingbij? Waarom gaat het niet goed met hen en hoe kan je ze helpen? In deze blog vind je wat meer info en concrete tips voor hoe je de bijen kan helpen.
In onze cursus Eet je paardentuin is er een uitgebreidere bonusmodule opgenomen, waarin we nog wat meer inzoomen op dit thema! Wil je ook graag deelnemen aan de cursus? Na de zomer gaan de deuren weer open. Je kan je aanmelden op de wachtlijst via deze link, zodat je als eerste op de hoogte kan blijven!
Honingbijen & wilde bijen
Eerst een beetje uitleg over het verschil tussen de honingbijen en de wilde bijen. Want heel vaak wordt er gesproken over 'de bijen' en vaak wordt hiermee de honingbij bedoeld. Maar er zijn veel meer soorten bijen, er zijn zo'n 370 soorten wilde bijen in België en Nederland! Wat zijn nu de grote verschillen tussen beide soortengroepen?
Honingbijen zijn groepsdieren die in een kolonie leven, met een koningin, vrouwelijke werksters en mannelijke darren. Ze worden vaak gehouden in kasten, waar ze honing produceren om te kunnen overwinteren. Deze honing wordt dan geoogst door imkers om op te eten door ons.
Wilde bijen zijn solitair: een vrouwelijke bij leeft alleen vanaf ze uit haar nestje ontwaakt, tot ze na het bouwen van nestjes voor haar nageslacht, ook weer sterft. Deze hele cyclus gebeurt in één seizoen (specifieke periode per soort): de bij sterft voor de winter weer af en de nakomelingen overwinteren als larve of pop in de cellen die de moeder bouwt.
Bij een hommel is het nog wat anders: bij hen overwintert enkel de koningin, na haar winterslaap start ze helemaal alleen een nest. Ze legt wat eitjes waaruit werksters ontstaan, waarna ze een volledige kolonie bouwen. Na de zomer sterft iedereen terug behalve de koningin, waardoor er geen honing nodig is om de kolonie in de winter in leven te houden. Bij wespen werkt het soortgelijk, maar het grote verschil is dat hun larven zich niet voeden met stuifmeel maar met vlees (insecten).
Belang & achteruitgang
Bijen zijn enorm belangrijk voor de bestuiving van onze planten, waaronder ook een groot deel van onze voeding. Dat wist je waarschijnlijk al, maar een belangrijke kanttekening hierbij is dat het niet enkel de honingbijen zijn die voor de bestuiving instaan. Ook wilde bijen zijn hier heel belangrijk voor, vooral omdat zij vaak een diversiteit van inheemse soorten bestuiven - terwijl honingbijen eerder in massavlucht op hun favoriete plantensoorten vliegen. Wilde bijen opereren dichtbij het nest dat ze aan het bouwen zijn, en zijn vaak gespecialiseerd voor bepaalde inheemse soorten.
Hoe komt het nu dat de populaties van inheemse bijen zo sterk achteruitgaan? In de eerste plaats is er een gebrek aan nectar- en stuifmeelbronnen, vooral doordat er veel minder inheemse bloeiende planten zijn in landbouwland en tuinen. Akker- en haagranden worden weggeploegd voor efficiëntie, en in tuinen hebben we liefst ook zo weinig mogelijk onkruid en de mooiste (exotische) bloemen. Bij dit laatste zijn er veel cultivars in gebruik die wel mooi zijn maar waar de bij niets aan heeft, zoals de typische gevulde rozen. De bloem is volledig gevuld met blaadjes, waardoor een bij niet meer tot bij de nectar geraakt.
Ook honingbijen dragen hieraan bij, omdat ze in zo'n grote populaties leven en massaal planten bevliegen om voldoende nectar te verzamelen voor de honingproductie. In gebieden waar veel bijenkasten dicht bij elkaar staan, komen dan ook heel weinig wilde bijen voor omdat ze die concurrentiedruk niet aankunnen.
Gecultiveerde vs. inheemse rozen
Ook pesticides zorgen voor bijensterfte, omdat ze in de volledige plant aanwezig zijn. Klimaatverandering is ook een factor die ervoor zorgt dat de bloeiperiode niet meer overeenkomt met de actieve fase van bijen, en brengt ook ziektes en parasieten mee zoals de aziatische hoornaar die onze inheemse bijen opeet. Ook nestgelegenheid is beperkt, omdat er veel minder dood hout, stengels van planten en vrije grond beschikbaar zijn voor bijen.
Voedselgelegenheid creëren
Voedsel voor bijen omvat niet meer en niet minder dan bloemenrijkdom! Dit kan je bieden door kruiden- en bloemenstroken aan te leggen, bijvoorbeeld aan de rand of in een hoekje van je track of weiland. Een diversiteit aan eetbare bloemen is een win-win voor paarden, bijen en mensen!
Een leuk en betaalbaar mengsel voor een kruidenstrook is beschikbaar via de webshop Paardendroom, en met de code BOLT5 kan je met 5% korting shoppen! Andere fijne mengsels zijn te vinden bij Ukie's (eetbaar voor paarden en inheems), Ecoflora (inheemse en diverse mixen, maar niet aangepast aan paarden) en Cruydthoeck (Paardengeluk).
Naast het inzaaien van stroken kan je ook gewoon stroken afzetten in je weide of paddock waar de paarden niet bijkunnen, zodat kruiden hier tot bloei kunnen komen. Een voordeel voor bijen en andere bestuivers, maar ook voor vele andere diertjes die er een schuilplek kunnen vinden! En doe ook mee met Maai Mei Niet, zowel in je tuin als in je weide. Het gras is nu toch nog wat te suikerrijk voor paarden, dus dan kan het beter nog wat uitgroeien tot een structuurrijk grasland vol bloei (tenzij je enkel grassen hebt, dan kan het net goed zijn om al in mei te maaien/begrazen voor de grassen zich uitzaaien. Maar dat is een ander topic).
Ten slotte dragen natuurlijk ook bloemen aan bomen, hagen en struiken bij! Fruitbomen zijn waardevol, ook allerlei inheemse soorten als hondsroos, meidoorn, sleedoorn, linde, ... natuurlijk is het plantseizoen voor bomen en struiken net voorbij, dit start terug in het najaar.
Nestgelegenheid voorzien
Ook nestgelegenheid is een belangrijke factor waarbij we bijenpopulaties vooruit kunnen helpen, want er is een groot tekort aan plekjes waar ze hun eitje in kunnen leggen. 1/3 van de bijen nestelt in holle stengels of gaten in hout, voor deze soorten kunnen we perfect een bijenhotel voorzien! Je kan het kant-en-klaar kopen of zelf maken, let in elk geval op een aantal eigenschappen om geschikte nestplaats te voorzien:
- hout als materiaal, gèèn plastic omdat het vocht niet weg kan
- gaatjes van 3 tot 8mm, dit is geschikt voor verschillende soorten bijen
- gladde gaten die niet gerafeld zijn, zodat ze er vlot in- en uit kunnen komen
- plaats het in de zon, dus liefst op de zuidkant, maar ook wat beschut tegen de regen, dus bvb waar er een muur op het westen staat
- achteraan dicht, zodat de bijen ergens tegenaan kunnen bouwen
- denappels, stro, bakstenen met gaten, ... zijn leuk maar niet waardevol voor bijen. Ze geven wel schuilplaats voor andere insecten, maar dit kunnen ze vaak ook elders vinden. Focus daarom op zo veel mogelijk holle stengels en gaten in hout.
Voorbeeld van insectenhotel: je ziet dat het goed gebruikt wordt aan het bijtje dat eraan bezig is, maar ook doordat verschillende gaatjes al gevuld zijn. Hier hebben metselbijtjes cellen ingebouwd met eitjes, dichtgemetseld en zo meerdere achter elkaar tot het gat vol is.
Vond je dit artikel interessant? In de cursus Eet je paardentuin leren we je om verschillende groenten en eetbare bloemen te kweken voor jou én je paard. We zijn nu van start met een enthousiaste groep voor de lente en de zomer. In oktober is het mogelijk om terug in te stappen voor de herfst en winter, waarin we zullen focussen op zaadoogst, bessenstruiken en eetbare hagen, compost en bodembeheer, planning, enzoverder! Als je als eerste op de hoogte wilt blijven, meld je dan aan voor de wachtlijst!
Help de bijen in je paarden/moestuin